Domagné, het Madurodam van Bretagne

Domagné, daar heb je wellicht nog nooit van gehoord. Het is een vrij rustig Bretons dorp van zo’n 2.000 inwoners, een goede 20 kilometer ten oosten van Rennes. Het dorp is vooral bekend om zijn cidermakerij, waar de bekende Bretonse ciders van het merk Loïc Raison gemaakt worden. Daar kan verandering in komen, want sinds kort heeft het dorp zijn eigen Madurodam!

Langs enkele bedrijven en tussen twee nieuwbouwwijken door rijd je het dorp binnen. Wanneer je de markante kerk zonder torenspits in het zicht krijgt en over een bruggetje rijdt, kijk je onwillekeurig even naar links. Hè? Dat lijkt wel de Mont-Saint-Michel! Maar we zijn toch ver van zee? Hoe kan dat? Dan ontwaar je aan de rechterkant een mini-molen, een mini-huisje, een mini-broodoven en een parkeerplaats. Toch maar even halt houden.

Miniatures du Claret

Toen boer Henri Chesnais in 1992 met pensioen ging, wilde hij iets omhanden hebben. Hij begon in de schuren en op het erf van zijn boerderij in buurtschap Le Claret bekende gebouwen na te bouwen, op een schaal die varieert tussen 1/40 en 1/50. Hij gebruikte voornamelijk natuurlijke materialen als steentjes en hout, met stukjes leisteen voor de daken. Henri wist van geen ophouden en in de loop der jaren realiseerde hij er tientallen. Stilaan kwamen erf en tuinen vol te staan.

Ooit begon Henri met het nabouwen van de eigen parochiekerk Saint-Pierre-et-Saint-Paul van Domagné, van ver herkenbaar door zijn afgeplatte kerktoren. Al snel volgde de kerk van het nabijgelegen Maria-bedevaartsoord La Peinière en het imposante kasteel van Châteaugiron, inclusief de statige donjons. De miniatures du Claret, zoals ze in Domagné genoemd werden, trokken al snel een bescheiden publiek, dat Henri graag zelf rondleidde waarbij hij smeuïge verhalen vertelde.

Zo kreeg hij niet alleen de aanloop die hij op prijs stelde, maar het hield hem ook goed bezig. Het casser des cailloux, zoals hij het zelf noemde, vulde zijn vrije tijd, wanneer hij niet op reis was om al die bouwwerken in het echt te aanschouwen. Een lokale beroemdheid, realistischer dan de beroemde facteur Cheval uit de Drôme. Die postbode vond de stenen voor zijn fantasierijke bouwwerken onderweg op zijn postronde; Henri haalde ze uit een steengroeve in Val-d’Izé. ‘Voor de Mont-Saint-Michel ben ik een jaar bezig geweest om stenen te hakken,’ vertelde hij. ‘Daarna gaat het bouwen snel.’ Ook de leisteentjes voor de daken sneed hij zelf in de juiste vorm: zo’n 30 leisteentjes per oude dakpan.

Verhuizing naar het dorp

Toen Henri in januari 2016 overleed, wilde zijn familie graag de stenen miniaturen voor het nageslacht bewaren. Het gemeentebestuur zag in dat deze opvallende bezienswaardigheid inmiddels tot over de gemeentegrenzen bekend was, en wilde graag meedenken. Burgemeester Bernard Renou betrok de inwoners bij het project en er werd besloten om de miniaturen te installeren langs de Vallons, de groene long van het dorp en een favoriet wandelpad van veel Domagnéens.

In juni 2017 werd begonnen met de overtocht: de kerk van Domagné viel de eer te beurt om als eerste overgebracht te worden. Het was een heel werk om de zware bouwwerken van de boerderij naar het dorp te krijgen. Elk monument weegt meerdere tonnen: 6 ton voor de Pont du Gard, maar liefst 20 ton voor de Mont-Saint-Michel, die gelukkig in stukken overgebracht kon worden.

Zoon Bruno, zelf metselaar, zorgde er met een handvol vrijwilligers voor dat alles goed terechtkwam. Later kwam daar een lokale vereniging uit voort, die voor het onderhoud van de miniaturen zorgt. Ook de basisscholen werden in het project betrokken: de kinderen maakten de beschrijvingen van de monumenten, die op bordjes bij de gebouwen prijken.

Titanenwerk

Op een gemiddelde zonnige dag in de zomer is het niet alleen een favoriete wandelbestemming voor de dorpsbewoners, maar weten steeds meer nieuwsgierigen uit de omgeving de miniaturen te vinden. Voorbijganger Roger schept er groot genoegen in: ‘Deze prachtige gebouwen uit ons erfgoed herinneren mij aan een geweldig man die ze in alle eenvoud schiep, voor zijn plezier en om anderen te plezieren – bij hem thuis stonden ze soms in de rij. Zo zullen zijn trotste kinderen en kleinkinderen hem nooit vergeten.’

Je maakt grote stappen door Frankrijk: de gebouwen zijn niet geografisch geordend. Naast de lokale bezienswaardigheden vind je er andere bekende Bretonse monumenten als het parlement van Bretagne in Rennes, of de Tour Solidor, een gevangenistoren aan de Rance bij Saint-Malo, inclusief bijbehorende schepen – geïnspireerd door de zeilwedstrijden Route du Rhum en Vendée Globe. We lezen op de informatieborden dat elk monument Henri 1 tot 2 jaar bouwtijd kostte. Een gigantisch werk voor één man. ‘Voor elk nieuw bouwwerk ga ik ter plekke kijken en observeren, ik meet met voetstappen, ik maak foto’s of koop een maquette. Thuis stort ik een betonnen ondergrond en dan begint het bouwen.’ Voor de beroemde Bretonse vuurtoren Ar Men lukte het hem zelfs om de oorspronkelijke officiële bouwplannen te pakken te krijgen.

Niet alleen Bretagne is vertegenwoordigd. De kastelen van Lassay-les-Châteaux en van Chambord zijn present – dat laatste kasteel telt maar liefst 365 ramen, door Henri op maat gemaakt. Ook de basiliek van Lourdes prijkt in haar volle pracht op het grasveld, inclusief de Grotte de Massabielle – en wellicht niet geheel toevallig naast haar bescheiden lokale evenknie.

Carnet de voyage

De locatie is vrij toegankelijk en altijd geopend. Toegang via de rue Saint-Pierre of de rue Saint-André, waar je ook gratis kunt parkeren.

Eten, drinken, overnachten

Deel dit artikel
Handig voor jouw reis naar Frankrijk

Ook interessant voor jou

Tips voor jouw vakantie